Vrijstaand gelegen woning aan de westzijde van de Brederodelaan en staat iets getordeerd ten opzichte van de weg. Aan beide zijden van deze laan, in het verleden Meerenbergsche weg genaamd, staan dienstwoningen die deel uitmaakten van het voormalige krankzinnigengesticht. Het pand staat, tezamen met de buurpanden Brederodelaan nr. 38 en 40 aan een kleine pleinvormige ruimte. Het pleintje vormt in de tijd van het ‘gesticht’ de dienstingang van het terrein middels een inrijhek dat tussen nr. 38 en nr. 40 was geplaatst. De drie aan dit pleintje gelegen panden (nr. 36, 38, 40) waren in 1902 bestemd als dienstwoning voor respectievelijk de gasstoker, de veldwachter en de machinist. Brederodelaan 36 is in 1902 gebouwd als dienstwoning voor de gasstoker van het gesticht Meer en Berg. De Meer en Bergse gestichts-architect F. W. M. Poggenbeek levert het ontwerp. Poggenbeek voert de woning uit in traditionele trant met lichte invloed van de Chaletstijl dat onder meer zichtbaar is in de brede dakoverstekken. De erker aan de noordgevel dateert uit 1914. Aan de achtergevel zit een aanbouw van latere datum.
